bunker A kerk hitler kapot bouw

1940

De aanval

de Belgische stellingen het Duitse aanvalsplan

10 Mei 1940 - 12 Mei 1940

De bezetting

politiek sociaal economisch

11 Mei 1940 - 12 September 1944

De bevrijding

12 September 1944 -

1945

Verklarende woordenlijst

Luchttelefoonlijnen : Telefoonlijnen die niet begraven zijn maar tussen paaltjes gespannen word. Het nadeel hiervan is dat bij een bombardement de kabel makkelijk breken. Met als gevolg dat er geen contact meer kan zijn.


Cointet-element : Dit is een zwaar stalen hek dat als tankversperring gebruikt werd. Het hek is  3 meter breed en 2 meter hoog. Om het hek te verplaatsen is het gemonteerd op rollers.

Pontonbrug: Een brug die drijft op het water op meerdere pontons, en meestal uitsluitend als noodvoorziening wordt aangelegd omdat de scheepvaart ernstig door de brug gehinderd wordt.

Ponton : Een drijvend platform dat als voornaamste doel heeft het ondersteunen van datgene wat er op staat of ligt

Holle Lading : Een explosieve lading  achter een trechtervormig stuk koper doet het koper smelten, drukt het samen en jaagt het ,in de vorm van een soort 'speer' ,door de bepantsering heen aan enorm hoge snelheid.

Oorlogsburgemeester : Burgemeester die ten tijde van oorlog aangesteld word door de bezetter en de bezetter meestal goedgezind is.

Visiteuse : Vrouwelijke grenswachter, die aan de grens enkel de vrouwen fouilleerden op te kijken of ze smokkelwaar mee hadden.

De witte brigade : Een netwerk van verzetsstrijders dat zich toelegde op diverse vormen van (meestal geweldloos) anti-Duits verzet en zich voorbereidde om hulp te bieden bij een mogelijke landing van de geallieerden.